Persbericht: Nieuwe wetgeving belemmerend voor ondernemer en
medewerker
Er komen te veel regels en er wordt te weinig rekening
gehouden met de effecten van de regelgeving. De overheden
gaan te vaak uit van wantrouwen of incidenten. Bovendien
beperkt de overheid de flexibiliteit van zelfstandig
winkeliers en hun medewerkers door te komen met onwerkbare
wetgeving. Juist nu de winkeliers een belangrijke
transitie moeten doorgaan. Dat stelden de leden van het
Vakcentrum, de brancheorganisatie voor zelfstandig
retailondernemers tijdens hun jaarcongres in Hilversum.
De zelfstandig winkeliers staan voor een belangrijke
transitie in de bedrijfsvoering. Die vraagt om grote
investeringen in digitalisering en een duurzame
bedrijfsvoering. Ook de benodigde talentontwikkeling brengt
flinke kosten met zich mee. De (extreem) hoge huren, de hoge
energiekosten en de sterke loonstijging als gevolg van het
ingrijpen in het wettelijk minimumloon, maken dat veel
winkeliers niet de financiële ruimte hebben om die
noodzakelijke investeringen te doen.
Flexibiliteit belangrijk voor werkgever én werknemer
Het kabinet realiseert zich onvoldoende welke effecten
overheidsingrijpen heeft op de bedrijfsvoering in de
detailhandel.
Zo maken de plannen uit de arbeidsmarktbrief van minister
Van Gennip het voor ondernemers lastig om adequaat in te
spelen op veranderende marktomstandigheden. De nagestreefde
bescherming van medewerkers is niet aan de orde in de
detailhandel, zo stelt het Vakcentrum. Volgens de
brancheorganisatie willen juist de medewerkers flexibel
kunnen werken.
Het Vakcentrum behartigt de belangen van zelfstandig
ondernemers met een supermarkt, foodspecialiteitenwinkel,
kookwinkel, speelgoedwinkel, winkel in huishoudelijke
artikelen, drogist of slijterij. Bij dit dossier lopen de
belangen van de ondernemers juist gelijk op met die van de
medewerkers, zo stelt het Vakcentrum.
Werk goed in te passen
“Zowel onze leden als onze medewerkers willen dat er
flexibel gewerkt kan worden. In veel van de bedrijven
roosteren medewerkers zichzelf in en kunnen dus hun
werktijden geheel naar hun hand zetten. We zien daarbij ook
dat het werken op wat vroeger inconveniënte uren genoemd
werden (bijvoorbeeld het werken op zondag) nu voor veel
medewerkers juist aantrekkelijk is omdat het goed in te
passen is met andere activiteiten”.
Onderzoek onder medewerkers
Het Vakcentrum kondigde dan ook aan een onderzoek te gaan
doen onder de medewerkers van de bij het Vakcentrum
aangesloten bedrijven. Met dit onderzoek wil het Vakcentrum
in beeld brengen hoe belangrijk flexibiliteit is voor de
medewerkers. De brancheorganisatie wil duidelijk in kaart
brengen hoe de (‘nieuwe’) wetgeving zich verhoudt tot de
wensen van de medewerker en de (on)mogelijkheden van de
ondernemer. In het onderzoek wordt gekeken naar bestaande
wetgeving maar ook naar wetgeving die op de plank ligt.
Dring administratieve lasten nu echt terug
Hoewel al langer wordt gesteld dat de administratieve lasten
verlaagd moeten worden, lijkt het alsof er alleen maar
administratief werk bij komt. Zoals extra controles op de
RI&E, de extra rapportages over de duurzaamheid van de
bedrijfsvoering of de verplichting om flexibele medewerkers
jaarlijks de vraag te moeten stellen of ze een vast of een
flexibel contract willen.
Er zijn miljarden beschikbaar voor verlaging
werkgeverslasten
Ook werd weer gewezen op de zogenoemde wig. Medewerkers die
meer gaan werken gaan er nauwelijks op vooruit. De leden van
het Vakcentrum bepleitten weer dat de wig (het verschil
tussen de loonkosten en het nettoloon) moet worden
verkleind. Het moet aantrekkelijk worden om extra te werken.
Het kan niet zo zijn dat werkenden netto minder overhouden
als ze meer gaan werken.
De werkgevers hebben de laatste jaren miljarden opgebracht
in werkloosheidspremies. Met de huidige, extreem lage,
werkloosheid zou die pot aangesproken moeten worden om de
lasten voor werkgevers te verlagen.
Breidt MKB-check uit
Tot slot pleit het Vakcentrum voor een uitbreiding van de
MKB-toets. Kijk bij het ontwerp van wetten en regels niet
alleen naar de effecten voor het midden- en kleinbedrijf
maar kijk vooral ook naar de maatschappelijke gevolgen in de
breedste zin. Het wegvallen van mkb-winkeliers en hun
bijdragen aan de gemeenschap leidt bijvoorbeeld direct tot
een flinke aantasting van de leefbaarheid in dorpen en
buurten.
Daarbij moet de MKB-toets ook daadwerkelijk
impact hebben. Te vaak nog worden opmerkingen uit de toets
nog afgedaan in een Memorie van Toelichting zonder te leiden
tot wijzigingen in het wetsvoorstel.