Persbericht: Coronatoegangsbewijs voor winkeliers niet
acceptabel
Winkeliers zetten zich maximaal in om besmetting te
voorkomen
De leden van het Vakcentrum zetten zich maximaal in om
verspreiding van het coronavirus te beperken. De
brancheorganisatie voor zelfstandig winkeliers heeft haar
leden daartoe vanavond opgeroepen. Winkelbezoek is overigens
al nauwelijks een bron van besmetting. Het Vakcentrum verzet
zich met name tegen de mogelijke invoering van een
coronatoegangsbewijs voor een bezoek aan winkels. Dat is een
disproportionele maatregel volgens het Vakcentrum.
Het Vakcentrum blijft zich dan ook verzetten tegen deze
maatregel. Tijdens een overleg vanmiddag met ministers
Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) en Blok (Economische
Zaken en Klimaat) is dit door het Vakcentrum en
collega-organisaties ook benadrukt. De inzet van het
coronatoegangsbewijs (CTB) is disproportioneel gezien de
uiterst kleine bijdrage van de detailhandel aan de
besmettingen. De controle op het CTB maakt extra
personeelsinzet noodzakelijk met de daarbij behorende extra
kosten. Uit eerste berekeningen blijkt dat de personeelskosten
voor een gemiddelde speelgoedwinkel met zo’n 30% kunnen
stijgen.
Omzetderving en ongelijk speelveld
De lokale inzet van het CTB werpt ook een enorme drempel op om
spontaan binnen te lopen; impulsaankopen zijn een belangrijk
onderdeel van de omzet van winkeliers. Bovendien ontstaat een
ongelijk speelveld. Klanten zullen uitwijken naar
verkooplocaties waar geen controle plaatsvindt of online gaan
bestellen.
Juist in de maanden die nodig zijn om te komen tot enig
herstel voor winkelondernemers is dat onaanvaardbaar. De
overheidssteun is beëindigd en op dit moment dienen
winkeliers ook weer uitgestelde betalingen te voldoen (huur,
belasting, leningen). Ook moet het omzetverlies van de 19
weken sluiting in het voorjaar nog worden opgevangen. De
continuïteit van menig winkelier loopt zo gevaar.